Gerk Numan, Langezwaag 10-7-1917 + Gorredijk, 14-4-1945
Gerk is de oudste zoon van Witte Numan (20-9-1881 ) en Grietje Bok (24-4-1889). Hij is geboren in het huis dat staat op ‘de Houke’, waar ’t Skeane Ein uitkomt op de Hegedyk, vermoedelijk nummer 13.
Vader Witte was van beroep koopman en houtbewerker. Voor zijn huwelijk met Grietje Bok heeft hij enige tijd les gegeven in houtbewerking aan moeilijk opvoedbare kinderen in Veenhuizen.
Na de geboorte van Gerk en broer Hendrik (Hennie, 27-9-1918) verhuisde het gezin, rond 1920, van Langezwaag naar Gorredijk.
Daar handelde Witte onder andere in klompen, geproduceerd in St. Oedenrode. In Gorredijk werden vervolgens de kinderen Atze, Maartje, Geesje, Siebe Jan en Ietje geboren. Op 23 februari 1939 kocht vader Witte een woon- en winkelpand met erf op de hoek Hoofdstraat en Brouwerswal bij de Hoofdbrug te Gorredijk. Hij zette, samen met zijn oudste zoons de winkel voort als “Numan’s complete Meubileering”.
Volgens zijn jongste dochter Ietje was haar vader een rechtvaardig en zakelijk man, die graag een grap of vrolijk verhaal vertelde en daar dan zelf smakelijk om kon lachen. Ze vond haar moeder een sterke, serieuze en intelligente vrouw.
Gerk was een rustige, serieuze jongen. De broers Gerk, Hennie en Atze konden het goed met elkaar vinden en ze spraken met elkaar af om nooit te trouwen. Gerk ging naar de christelijke MULO in Heerenveen en haalde daar in 1934 zijn Diploma A. Het was in deze periode dat er aan de overkant van de Opsterlandse Compagnonsvaart een leuk meisje kwam wonen, Elena (Lena) de Vries.
Lena en haar jongere zussen Sien, Alie en broer Geert hadden in korte tijd hun beide ouders, Albrecht de Vries en Ymkje van Ooijen, door ziekte verloren. Daarna zijn de kinderen verhuisd van Aldeboarn naar Gorredijk om daar met mevrouw de Vries-Rook (Tante Dukke) in een appartement boven modewinkel Rinsma aan de vaart te gaan wonen. Gerk en Lena kregen al snel verkering en waren vanaf het begin een onafscheidelijk paar.
Na de MULO vervolgde Gerk zijn opleiding aan de Rijks HBS in Drachten en haalde daar in 1937 zijn diploma.
De drie kinderen van zijn zoon Witte (29-6-1942 +15-6-2019) zijn later ook naar deze school, die nu het Drachster Lyceum heet, gegaan. In de school hangt nu nog een foto van Gerk met zijn 4 klasgenoten.
In juni 1939 deed Gerk praktijkexamen in boekhouden. Dit leek zijn vader Witte heel praktisch voor het familiebedrijf.
In 1939 ging Gerk in dienst in Middelburg, hij volgde daar de officiersopleiding. Na zijn diensttijd melde hij zich aan als bijzonder vrijwilliger bij het Landstormkorps “Het Friesch Verbond”. Na het uitbreken van de oorlog, op 10 mei 1940 heeft de bezetter al in juli van dat jaar de Nederlandse krijgsmacht, inclusief de Vrijwillige Landstorm opgeheven.
Gerk kreeg een certificaat dat hij eervol werd ontheven van zijn verbintenis met “Het Friesch Verbond. Zijn broer Hennie ging in Alkmaar in dienst en Atze heeft, door het uitbreken van de oorlog, slechts 5 dagen in dienst gezeten.
Op 12 juni 1941 trouwden Gerk Numan en Elena de Vries in de Gereformeerde kerk te Gorredijk. Lena was, volgens schoonzus Ietje, een lieve, hartelijke vrouw die graag iets deed voor een ander. Het jonge paar kocht het huis aan de Kerkewal nummer 80 en namen de jongere zussen en broer van Elena in huis. Zij stonden al vrij snel, door opleiding, werk en huwelijk op eigen benen. Vader Witte overleed plotseling op 25 november van dat jaar als gevolg van een longembolie.
Het plotseling overlijden van Witte Numan was een grote schok voor de hele familie. De oudste zonen Gerk, Hennie en Atze zetten, samen met hun moeder, het familiebedrijf voort.
Op 29 juni 1942 werd zijn eerste kleinzoon Witte geboren. Wat had Lena een spijt dat ze haar schoonvader niet voor hij overleed had verteld dat ze zwanger was.
Tijdens de oorlog werd Gerk lid van gevechtsgroep Gorredijk van de NBS, De Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten, en ook stond hij in contact met de groep HEIN. Volgens zus Ietje staan de letters HEIN voor “Helpt elkander in nood”. Hein zorgde er onder andere voor dat Joodse mensen in het noorden een onderduikadres kregen.
Zo kwamen er ook joodse onderduikers wonen bij Gerk, Lena, kleine Witte en herdershond Wino in het huisje aan de Kerkewal. Het gezin bestond uit vader, moeder en een dochter van 19 jaar. De moeder was pianiste en speelde op het orgel van Lena. Ze zijn ongeveer twee jaar bij hun in huis geweest.
De man van het gezin werd om onbekende redenen naar een onderduikadres in Drenthe gestuurd. Dat beviel hem niet en hij liep terug naar Gorredijk. Daar vroeg hij aan de brugwachter van de hoofdbrug waar het huis van Gerk en Lena Numan was. Dit was heel gevaarlijk, want de man had een nogal joods uiterlijk.
Broer Hennie werd in de laatste jaren van de oorlog opgepakt en naar een werkkamp in de buurt van Dachau, Duitsland gestuurd. Zus Maartje was vanaf haar zestiende koerier voor het verzet. Ze was vaak een hele dag weg en ging dan overal heen op de fiets. Ook Atze deed dingen voor het verzet, onder andere haalde hij wapens op die gedropt waren in de Deelen.
Vrijdagavond 13 april 1945 kreeg de bewapende gevechtsgroep Gorredijk, twaalf man sterk, de opdracht om de hoofdbrug te bewaken tot de Canadezen kwamen. Deze werden rond middernacht verwacht. Toen Gerk ‘s avonds op de brug een zwarte kat zag lopen, zei hij tegen een van de leden van de gevechtsgroep dat dat een slecht teken was.
Later die nacht kwam er een groep jonge Duitse soldaten op de fiets om de brug op te blazen. Er ontstond een vuurgevecht waarbij Gerk in zijn hoofd werd getroffen. Hij overleed kort daarna. De rest van de groep sloeg op de vlucht. Helaas lukte het de Duitsers wel om de brug op te blazen.
De moeder van Gerk, Grietje Numan, heeft zelf het dode lichaam van haar zoon uit het postkantoor moeten halen. Zo vertelde ze later aan haar kleinzoon Witte dat ze het bloed van haar kind aan haar handen had.
Bij de begafenis van Gerk, liepen er twee vrouwen achter de kist die dachten dat hun man was vermoord door de Duitsers. Lena en Rika, de vrouw van Hennie. Na zijn vertrek naar het werkkamp in Dachau hadden ze niets meer van hem gehoord.
Op 5 mei 1945 gaf het Duitse leger zich over. Op 6 November van datzelfde jaar werd Gerk Numan geboren, tweede zoon van Gerk en Elena Numan.
- Hennie Numan kwam na de oorlog uitgeput en sterk vermagerd terug naar Gorredijk.
- Zus Maartje is later naar Canada geëmigreerd en heeft daar veel psychische problemen gekregen door haar ervaringen in de oorlog.
- Broer Atze is net als jongere broer Siebe Jan later ook naar Canada geëmigreerd.
- Moeder Grietje heeft nog heel lang in Gorredijk gewoond. Ze is op zeer hoge leeftijd in Heerenveen overleden.
Toen begin 1983 aan de leden van de gevechtsgroep Gorredijk Het Verzetsherdenkingskruis – een koninklijke onderscheiding – werd uitgereikt, werd er niet aan Gerk Numan gedacht. Dit tot groot verdriet en boosheid van zijn moeder. Hij was notabene de enige die bij de verzetsactie om de brug van Gorredijk was omgekomen. Nadat Witte, oudste zoon van Gerk, een brief hier over aan Prins Bernhard schreef, werd alsnog deze onderscheiding postuum toegekend.